15 juli 2020 Nummer 7 Haar 70jarig jubileum als mantelzorger is ongemerkt voorbijijgegaan. Net zoals het zorgen destijijds begon. Ze had een ernstig gehandicapt zusje en een vaak zieke moeder. ‘Absurde toestanden, achteraf gezien.’ ‘Zussen blijijf je voor het leven’ Stadskrant 13 Mantelzorg Met haar jongere zus voorop, reed Sylvia op een step met grote wielen over de Soestdijijksekade en door de Soester bergstraat. Het was begin jaren ’50. Eindeloos hetzelfde rondje. Nage jouwd door jongens uit de buurt. Zeventig jaar later wandelt Sylvia met haar zus in een rolstoel over het terrein van woonzorgcentrum Het Westerhonk in Monster. ‘Elk weekend ga ik naar haar toe. Het komt niet in me op het een keer over te slaan. We gaan naar buiten, kijijken naar de vogels, eten een ijijsje of een patatje. Het stelt allemaal niet zoveel voor. Praten kan ze niet, maar lachen des te meer. En ze houdt van knuffffelen. Dat mag nu langzamerhand weer.’ Traumatische tijijd Sylvia van Broeckhuijijsen (76) groeide op in een middenklasse gezin. Naast een tweelingbroer heeft ze een oudere en een jongere broer. En een zusje. ‘Betty had voor mijijn ouders de bekroning op de bevrijijding moeten worden. De oorlog was een traumatische tijijd. Mijijn vader zat ondergedoken. Daar is hijij nooit helemaal overheen gekomen. Eindelijijk zou er weer wat licht doorbreken met een nieuw kind.’ ‘Maar Betty was anders. Autis tisch zou men tegenwoordig zeg gen. Toen sprak de buurt over het ‘achterlijijke zusje’. Als kind vroeg ze al veel zorg en aandacht. De mannen in huis mijijn vader en Nieuwe respijijtkaart voor mantelzorgers Er is een nieuwe respijijtkaart voor mantelzorgers. Per stadsdeel is een aparte kaart beschikbaar met daarop een overzicht van het aanbod aan respijijtzorg. Mantel- zorgers kunnen een beroep doen op respijijtzorg, als ze even een steuntje in de rug nodig hebben. Respijijtzorg is er als ‘echte’ zorg, bijijvoor- beeld een logeervoorziening, maar kan ook heel praktisch zijijn. Bijijvoorbeeld de boodschappenbegeleidings- dienst of AV070. In november 2018 heeft wethouder Kavita Parbhuda- yal de respijijtkaart voor mantelzorgers geïïntrodu- ceerd. De nieuwe respijijt- kaarten zijijn beschikbaar bijij huisartsen, apothekers, fysiotherapeuten, Service- punten XL en bibliotheken. Meer informatie? denhaagmantelzorg.nl Wilt u ook uw verhaal vertellen? Elke maand vertelt een mantelzorger in de Stads- krant zijijn of haar verhaal. Wilt u uw ervaringen ook delen? Stuur een e-mail naar denhaagmantelzorg@ denhaag.nl. Sylvia van Broeckhuijijsen (links) en haar zus Betty: ‘Meestal laat ze wel merken het fifijn te vinden dat ik er ben.’ henriëëtte guest broers deden daar niets aan. Zorgen was vrouwenwerk. Omdat mijijn moeder vaak met migraine op bed lag, werd er naar mijij gekeken. Dat kan zus wel even doen.’ Het heeft haar jeugd getekend. ‘Betty was er altijijd. Ze kon zichzelf niet vermaken. Dan ging ze gekke dingen doen. Blaadjes van kamer planten trekken of zoiets. Ik moest haar bezighouden, maar ook helpen met wassen, aankleden en eten. Van huiswerk maken kwam weinig terecht. Altijijd was mijijn zusje om me heen. Halverwege de mulo ging ik van school om in een kapsalon in Scheveningen te gaan werken. Daar heb ik trouwens wel een goeie tijijd gehad en veel geleerd. Maar mijijn broers slaagden ondertussen voor de HBS, gingen studeren en hebben carriere gemaakt.’ Het huis uit Pas op haar 21e mocht Sylvia het huis uit. ‘Tot die tijijd sliep ik met mijijn zus en broer op een kamer. Achteraf gezien absurde toe standen. Mijijn ouders waren van goede wil, maar ze wisten weinig van opvoeding, laat staan van omgaan met een gehandicapt kind. Hulp was er niet: geen thuiszorg, Wmo of pgb. Niets, je moest het zelf uitzoeken. De dag na mijijn 21e verjaardag ben ik op kamers gegaan. Eindelijijk zou ik baas worden over mijijn eigen leven. Maar al snel stond vader voor de deur en smeekte me terug te komen, omdat het thuis helemaal uit de hand liep.’ Uiteindelijijk is Betty opgenomen in een instelling, eerst in Katwijijk en later in Monster. ‘Toen kreeg ik meer lucht. Al die jaren ben ik haar trouw blijijven opzoeken. Betty is inmiddels de oudste bewoner van Het Westerhonk. Ik heb grote bewondering voor het personeel. Het is sowieso zwaar werk, maar corona heeft het nog eens extra moeilijijk gemaakt. Ze zijijn allerliefst en erg begaan met de bewoners. De buitenwereld heeft er geen weet van. En de familie vaak ook niet, want sommigen krijijgen nooit bezoek.’ Drie dochters Sylvia heeft vanaf haar 21e een ei gen leven kunnen opbouwen. Ze trouwde, kreeg drie dochters, haalde diploma’s en heeft 32 jaar gewerkt in diverse functies in de Haagse ouderenzorg. ‘De situatie thuis heeft me gevormd. Ik kijijk er niet met wrok of spijijt op terug. Mijijn ouders deden met de kennis van toen hun best. Door hard te werken heb ik later gemiste kansen kunnen inhalen.’ ‘Zussen blijijf je voor het leven. Daar valt niets in te kiezen. Een bloedband is voor altijijd. Familie zijijn, betekent verantwoordelijijk heid en verplichtingen naar elkaar toe. Zo voel ik dat. Dat druk ik mijijn dochters en kleinkinderen ook op het hart. Wat er ook gebeurt, blijijf elkaar steunen.’ ‘Met mijijn lieve tweelingbroer verdeel ik nu de zorg voor Betty. Hijij doet vooral het regelwerk. Mantelzorg is nooit helemaal een richtingsverkeer. Je hebt elkaar altijijd wat te bieden. Mijijn zusje kan alleen lachen en gillen, maar meestal laat ze wel merken het fifijn te vinden dat ik er ben. Dan ga ik toch weer met een goed gevoel terug naar Den Haag.’ Door hard te werken heb ik later gemiste kansen kunnen inhalen