Page 8 211304_DPZ_Stadskrant_Nr.11_v2.pdf Full Version
							
                                8 Stadskrant Actueel
24 november 2021 Nummer 11
   Denk mee over Den Haag in 2050
De gemeente werkt aan een omgevingsvisie en roept Hagenaars op mee te denken over de toekomst van de stad. In welke richting moet Den Haag zich ontwikkelen? Wat willen we behouden en beschermen?
Op de website omgevingsvisie.denhaag.nl vindt u vanaf 26 november meer informatie. Drie Hagenaars vertellen waarom zijij willen meepraten. Wilt u net als Renéé, Margreet en Theijijs meepraten over de omgevingsvisie? Meld u aan via omgevingsvisie@denhaag.nl.
Renéée Lotte: ‘Ik wil me inzetten voor meer vrijij liggende fifietspaden.’
Margreet Zijijlstra: ‘De toekomst van de stad wordt ook gemaakt door hoe we met elkaar omgaan’
Renéé Lotte: ‘Hoogbouw kan best, maar maak er iets moois van in plaats van massieve blokken.’
 ‘Van oorsprong ben ik Amsterdammer. Sinds twee jaar woon ik in Den Haag. Dit is echt een compleet andere stad. Alleen al hoe de plattegrond eruit ziet met al die lange straten parallel aan de kust zoals de Laan van Meerdervoort. Zoiets valt je als nieuwkomer op. Ik woon op een bevoorrechte plek: een appartement op veertien hoog bijij het Savornin Lohmanplein. Elke ochtend als ik uit het raam kijijk, krijijg ik weer een vakantiegevoel. Dit gebouw is een mooi voorbeeld hoe een oud kantoor kan worden omgebouwd tot woonruimte. Wat mijij betreft, mag dat op meer plekken gebeuren. Tegelijijkertijijd laat dit ook zien wat hoogbouw met de stad doet. Als ik
van het strand door de duinen naar huis loop, zie ik mijijn torenflflat en de hoogbouw in Kijijkduin boven de duinen uitsteken. Dat is geen fraai gezicht. Hoogbouw kan best, maar dan geclusterd in een meer stedelijijke omgeving. En maak er iets moois van in plaats van massieve blokken. Ik wil het gesprek over de omgevingsvisie open ingaan. Mijijn mening bepaal ik liefst al doende tijijdens het proces. Op veel punten zul je compromissen moeten vinden. Belangen botsen nu eenmaal. Zaken waar ik me voor wil inzetten, zijijn meer vrijij liggende fifietspaden en een dichter OV­netwerk.’
 ‘Ik wil graag een positieve inbreng hebben vanuit wat ik als bewoner in mijijn omgeving signaleer en meemaak. De omgevingsvisie
zou over meer moeten gaan dan alleen over ‘harde’ onderwerpen als bouwen en verkeer of over wetten en regels. De toekomst van de stad wordt ook gemaakt door hoe we met elkaar omgaan. Of we zorg hebben voor onze omgeving en voor elkaar. Moeten we als bewoners misschien ook iets inleveren? In plaats van steeds meer te willen. Als iedereen een auto voor de deur wil of een huurscooter op de hoek van de straat, dan blijijft er weinig leefruimte over. Je hoeft elkaar niet goed te kennen om je toch verbonden te voelen in een stad.
Dat gevoel mis ik hier weleens. Hagenaars kunnen behoorlijijk hard en bot naar elkaar zijijn. Met allemaal individuen maak je geen stad. En dat is misschien net zo’n belangrijijk onderwerp als woningbouw of verkeer. De omgevingsvisie moet ook stilstaan bijij hoe we als Hagenaars voor onze leefomgeving en voor elkaar willen zorgen. In mijijn wijijk Regentes­ Valkenbos zijijn plekken waar bewuste bewoners samen prachtige pareltjes in stand houden. Ook een mooi voorbeeld van energie, groei en verbinding vind ik de Nutstuin bijij het gebouw van Fonds 1818. Aan dit soort verstilde plekken is grote behoefte in een steeds drukkere stad.’
Margreet Zijijlstra: ‘Er is grote behoefte aan verstilde plekken in een steeds drukkere stad.’
Theijijs van Welijij: ‘Er komen grote ontwikkelingen op ons af’
  Theijijs van Welijij: ‘Den Haag, zoals het nu is, vind ik een fifijne stad.’
‘Als inwoner voel ik me betrokken bijij Den Haag. De omgevingsvisie bepaalt mede de toekomst van mijijn stad. Daarom wil ik daar graag bijij zijijn. Ik woon in Vroondaal en maak mee hoe hier een compleet nieuwe wijijk wordt gebouwd. Dan merk je dat visies minder defifinitief zijijn dan je zou verwach­ ten. We hebben hier nu alsnog discussie gekregen over hoogbouw. Wordt zo’n onderwerp straks in de omgevingsvisie defifinitief vastgelegd of kan de gemeente daar later in bestemmingsplannen toch nog op terugkomen. Daar hoop ik antwoord op te krijijgen. Den Haag zoals het nu is, vind ik een fifijne stad. Maar het aanzien gaat veranderen.
Er komen grote ontwikkelingen op ons af: bevolkingsgroei, grootschalige woningbouw en aanpassingenaanhetveranderendklimaat.Hoe kunnen we het mooie en goede behouden en toch voldoen aan de grote opgaven van de toekomst? Daar zal het in de omgevingsvisie over gaan. Van­ uit het stadhuis kan het gemeentebestuur niet de hele stad overzien. Het is essentieel dat burgers meepraten en dat hun kennis, ervaringen en meningen meetellen. Ik ga niet op voorhand ‘nee’ zeggen tegen ontwikkelingen, maar hoop te kunnen meewerken aan oplossingen. Als onder­ werpen Vroondaal raken, vraag ik bewoners hier in de wijijk mee te denken.’
foto’s: henriëëtte guest